Binnen de regels voor biologische voeding (een EU-verordening die in Nederland wordt gehandhaafd door SKAL) is het niet toegestaan genetisch gemodificeerde organismen (GGO’s) te gebruiken in het productieproces. Dit geldt voor planten, dieren, bacterien en schimmels. Zo weet je dat als je een biologisch gecertificeerd product koopt er geen sprake is van genetische modificatie. Maar er wordt aan de poort gerammeld. Lobbyisten van de agro- en voedselindustrie trachten de Europese Commissie ertoe aan te zetten de regelgeving te versoepelen. Hiermee komen aloude waarden over waar biologische voeding voor staat in het geding. Met vele branchegenoten ben ik het erover eens dat hier een stokje voor moet worden gestoken.
Kopje koffie van Nieuw MOS Natuurvoeding

Joren Jacobs
Ondernemer bij Nieuw Mos 

Waar gaat het over

Een nieuwe techniek (in ontwikkeling sinds begin jaren negentig), genaamd CRISPR/Cas, kan worden gebruikt om heel precies een stukje “gen” van een organisme uit te schakelen, bijvoorbeeld het stukje dat een plant vatbaar maakt voor een bepaalde schimmelziekt. Door voorstanders wordt CRISPR/Cas gezien als een oplossing voor allerhande kwesties, van wereldvoedselvoorziening tot klimaatverandering. Politici wordt wijsgemaakt dat als zij producten van deze technologie op de markt voor levensmiddelen gaan toelaten, ze bijdragen aan het oplossen van deze problemen. Er is echter geen reden om aan te nemen dat dit juist is. Veeleer onstaan er door “deregulatie” van de markt nieuwe problemen. Dat heeft ermee te maken dat producten van CRISPR/Cas gepatenteerd worden door de zaadproducenten die ermee werken, zoals Bayer (de eigenaar van het beruchte Monsanto). Agrariërs die de nieuwe CRISPR/Cas-gewassen willen telen, dienen hun zaden jaarlijks bij deze agrogiganten af te nemen. Dat creëert al een behoorlijke afhankelijkheid en een mooi verdienmodel voor de zaadproducent. Echter, het is nog vervelender voor boeren in de omgeving die er niet mee willen werken. Via de natuur, bijvoorbeeld door verspreiding van het stuifmeel, kan genetisch materiaal namelijk terecht komen op hun land. Hiermee kunnen zij in juridische problemen komen, zo kostbaar dat dit zelfs tot bedrijfssluitingen zou kunnen leiden. Daarvan zijn al voldoende voorbeelden in bijvoorbeeld de Verenigde Staten en Argentinië.

Planten en dieren

De discussie over het toelaten van CRISPR/Cas-producten op de levensmiddelenmarkt beperkt zich tot planten; voedselgewassen dus. Echter, het is denkbaar dat ook in de productie van vlees, zuivel en andere dierlijke producten, gebruik wordt gemaakt van gentechnologie. Een recent voorbeeld betreft biologische eieren. Momenteel worden er in Nederland zogenoemde vaccins getest op pluimvee, met als doel een bescherming tegen de vogelgriep en daarmee een alternatief voor het ophokken te vinden. Nu is het zo dat een aantal van die vaccins gebaseerd is op de mRNA-techniek. In de definitie van vóór 2020 (in het pre-coronatijdperk) zijn dat geen vaccins, maar is dat gentechnologie. Deze vaccins beïnvloeden het immuunsysteem (dus de gezondheid en vitaliteit) van de kip en het ingespoten genetisch materiaal kan in het vlees en in de eieren terecht komen. Dus ook op het gebied van vlees, zuivel en eieren moeten we op onze hoede blijven.

Slotoverpeinzing

Het onderwerp “genetische modificatie en voeding” is enorm complex en ik zou er graag op een andere plek meer over willen delen. Voor nu houd ik het erbij dat we bij Nieuw Mos, samen met onze branchegenoten, de ontwikkelingen nauwgezet volgen en waar nodig aan de bel trekken. Want, misschien ten overvloede, gentechnologie in voeding past bij een wereld van monocultuur, met grote landbouwarealen in handen van supranationale agroindustriëlen en beleggers. Dat is niet mijn visie van onze toekomstige wereld en ook niet die van Nieuw Mos. Boute uitspraken, maar in dit artikeltje is onvoldoende ruimte om er dieper op in te gaan. Wel ga ik graag het gesprek aan met wie behoefte heeft aan uitwisseling.

Joren Jacobs