
Wat bezielde ons om een duurzaam warenhuis te beginnen? Het was toch veel makkelijker geweest om alleen een natuurvoedingswinkel te runnen? Iets wat bij Mos al jaren gebeurde. Maar zoals ooit de natuurvoedingsbranche met pioniers en idealisten begon, zo begint de weg van ‘sustainable fashion’, zoals dat zo mooi in het Engels heet, ook bij pioniers en idealisten. We weten tegenwoordig hoe enorm vervuilend de productie van kleding is geworden in de afgelopen tientallen jaren, maar er zijn inmiddels ook nieuwe, duurzame, kledingmerken ontwikkeld. Daarom maken we ons naast biologische voeding ook sterk voor duurzame kleding.

Anita Groenendijk
Ondernemer bij Nieuw Mos
Zorg voor de aarde
“Wij geloven in zorgzame aandacht voor de aarde, zodat zij vitale voeding blijft geven, voeding die bijdraagt aan ons bewust zijn en geluk, opdat wij met vernieuwde energie aandacht kunnen geven. Mens en aarde vormen een voedend geheel; samen komen we tot bloei.” Toen Nieuw Mos een zelfstandig winkelconcept werd in 2019 heb ik de toenmalige ondernemers mogen begeleiden om hun waarden helder te krijgen en hun missie te verwoorden in bovenstaande uitspraak. Ik voelde toen al dat deze uitspraak ook helemaal bij mij past, ook al waren het niet mijn letterlijke woorden. Mens en aarde vormen een geheel, we voeden ons met dat wat van de aarde komt en kleden ons met dat wat van de aarde komt.
Niet alleen van ‘boer tot bord’ maar ook van ‘boer tot kledingkast’.
Van boer tot kledingkast
Net zoals melk niet uit de fabriek komt maar van de koe, komt kleding niet uit de winkel maar is ergens gemaakt en nog daarvoor zijn de grondstoffen ergens verbouwd of gewonnen. Een kledingstuk wordt wel door 86 handen aangeraakt voordat het bij een consument in de kast hangt. Toen ik begin 2021 samen met anderen het duurzame warenhuis oprichtte als onderdeel van Nieuw Mos, was het geen verrassing voor mijzelf om te merken dat, wat betreft duurzame kleding, mijn passie zich vooral richtte op de productiefase van kleding. Al sinds 2004 ben ik werkzaam in de biologische voedingsbranche en het denken vanuit de hele keten is iets wat ik in mijn tijd bij Foodcoop Odin zeker heb meegekregen. Niet alleen van ‘boer tot bord’ maar ook van ‘boer tot kledingkast’. Het ontwikkelen van een bewustzijn wat betreft het keten-denken vind ik in de huidige tijd voor consumenten die bewuster willen leven onontbeerlijk.
Vervuiling van de kledingindustrie
De kledingindustrie zorgt voor een enorme vervuiling van de aarde, zeker vanaf het moment dat stoffen goedkoper werden door nieuwe ontwikkelingen zoals polyester en nylon en er massaproductie ontstond. Daarnaast is door de veranderingen in de maatschappij mode en kleding niet meer alleen iets geworden waar je jouw sociale positie mee uit, maar is het ook een uiting van jouw persoonlijkheid geworden. Je draagt niet meer wat ‘hoort’ maar wat je zelf mooi vindt en passend is bij jouzelf, daardoor is de diversiteit in kleding enorm toegenomen.
Maar we kunnen niet langer wegkijken van de uitbuiting van kinderen en volwassenen die onder erbarmelijke werkomstandigheden onze kledingstukken in elkaar zetten. We kunnen niet langer wegkijken van het gebruik van aardolie als belangrijkste grondstof van onze hedendaagse kleding, aardolie die met zware chemische processen tot garen verwerkt wordt. We kunnen niet langer wegkijken van de rivieren die totaal vervuild zijn door de giftige kleurstoffen die gebruikt worden in de kledingindustrie. We kunnen niet langer wegkijken van de kledingwoestijnen die als gevolg van overproductie ontstaan.
Vraag en aanbod
Of is het in de duurzame kledingbranche: aanbod en vraag? Er is zeker meer vraag naar duurzame kleding ontstaan in ongeveer de afgelopen 10-20 jaar. Maar naar mijn idee is het ook een kwestie van het aanbod laten zien. Het is er allemaal, kleding kan duurzaam gemaakt worden! Het is er niet alleen voor high end designers of geitenwollensokkentypes, maar het is ook voor iedereen daartussenin beschikbaar. Als je de keten wilt veranderen moet er vanuit consumenten en winkels vraag zijn naar deze producten, alleen dan gaan ondernemers in de landen waar kleding gemaakt wordt hun productiemethode aanpassen. In ons duurzame warenhuis hebben we daarom gekozen voor een grote winkel met een breed aanbod. Voor mannen en vrouwen van circa 25-75 jaar.
Dat maakt het kiezen van de collectie een uitdaging, we kiezen voor verschillende stijlen met een aantal merken per stijl en we zorgen voor een gevarieerd prijsniveau. En na ruim 2,5 jaar zien we dit terug in de diversiteit van onze klanten. Er komen daadwerkelijk klanten van 25 tot 75 jaar. Het is een mix van mannen en vrouwen, van jong en oud, klein en groot, vol en slank. Vanuit de gedachte dat wij willen zorgen dat de vraag naar duurzame kleding groter wordt en dat het voor consumenten makkelijk beschikbaar en toegankelijk is, kiezen we voor deze diversiteit in een fysieke winkel. Dat dat wordt opgepikt horen we terug in reacties als: “wat fijn dat het er allemaal gewoon is, dat ik hier niet iedere kledingstuk hoef te checken omdat hier alles duurzaam is”.
En tweedehands kleding dan?
Tweedehandskleding gaat het probleem van een vervuilende kledingindustrie niet oplossen, omdat de productiewijze niet verandert door tweedehandskleding. Het is zeker goed om kleding die er al is langer te gebruiken, daardoor worden er minder grondstoffen gebruikt. Maar aan het begin van de keten verandert er niets. Daarnaast draagt tweedehandskleding niet bij aan het prijsbewustzijn van consumenten. Een eerlijk, duurzaam gemaakt kledingstuk kost geld. Net zoals biologische kipfilet een andere prijs heeft dan een plofkipfilet. Als we de kledingindustrie willen veranderen, zullen we ook bereid moeten zijn om de werkelijke prijs van faire en verantwoord gemaakte kleding te betalen.
Gedragen goedOmdat we het langer gebruiken van bestaande kleding zeker willen stimuleren hebben we ‘Gedragen Goed’ geïntroduceerd. Dat is duurzame kleding die in de afgelopen jaren in het warenhuis is gekocht, maar onverhoopt in iemands kast is blijven liggen. Misschien omdat iemands lijf is veranderd of omdat het kledingstuk niet meer bij iemands identiteit blijkt te passen. Als het nog goed is, kan het kleidingstuk worden ingeleverd en bieden wij het voor een klein prijsje opnieuw aan klanten aan, zodat het goed nog langer gedragen kan worden. En degene die de kleding doneert krijgt een leuke korting op een ander kledingstuk.
Gebruikersfase kleding
Bij Nieuw Mos kiezen we dus voor nieuw geproduceerde duurzame kleding om een bijdrage te kunnen leveren aan de ontwikkeling van de duurzame productie van kleding. Daarnaast vinden we het belangrijk dat klanten deze kleding ook vaak en met veel plezier kunnen dragen. Daarom geven we tips over hoe je een kledingstuk kunt wassen en verzorgen, bieden we kleermakersservice aan om bijvoorbeeld broeken op de juiste lengte te laten maken.
Maar ook helpen we klanten graag bij het passen en geven we stylingtips over hoe een kledingstuk gecombineerd kan worden. En laten we zien hoe bijvoorbeeld een jurk door de verschillende seizoenen heen langer gedragen kan worden. Helemaal leuk vind ik het dat we al een heel aantal enthousiaste vaste klanten hebben, die je leert kennen in hun kledingstijl, wensen en ook hun garderobe. Zowel vrouwen als mannen. Dan kunnen we klanten adviseren om combinaties te maken met kleding die ze al eerder bij ons hebben aangeschaft.
“het gaat niet over goed of fout maar over stappen richting bewustwording”
Persoonlijke keuzes
Iedere mens heeft zijn/haar persoonlijke afwegingen te maken over de keuzes op het gebied van duurzame kleding, dat gaat niet over een goed of fout maar over stappen richting bewustwording over hoe we met de aarde omgaan en met elkaar. De meeste mensen kunnen niet in één keer hun hele garderobe uit duurzame merken laten bestaan. Maar je kunt wel keuzes maken, voor een duurzame jeans, een duurzame jas, misschien dat nieuwe paar wollen sloffen. Zo kun je stap voor stap kiezen om je garderobe steeds iets duurzamer te maken. Mijn keuze is om met het warenhuis van Nieuw Mos een verandering richting duurzaamheid in de kledingindustrie te maken. Ook al is het maar een klein keitje dat in de grote fashionrivier wordt verlegd.
Anita Groenendijk